Jaargang 2015
Nr. 3918
Te raadplegen sinds
woensdag 9 mei 2012 9:00
Verkeersbesluit Provinciale Weg N276 (Brunssum-St. Joost)
Logo Limburg
( Plaatsen barriers en realisatie passeerhaven Windrakerberg )
(TIJDELIJKE VERKEERSMAATREGELEN)
GEDEPUTEERDE STAT E N VAN LIMBURG
Overwegingen ten aanzien van het besluit
Bevoegheidsgrondslag
Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd. Voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken, moet een verkeersbesluit worden genomen op grond van het bepaalde in artikel 15, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Op grond van het bepaalde in artikel 37 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) moet een verkeersbesluit worden genomen voor de in artikel 34 van het BABW bedoelde tijdelijke plaatsing van verkeerstekens en het uitvoeren van tijdelijke maatregelen, indien de omstandigheden die tot de tijdelijke plaatsing of de tijdelijke maatregelen leiden van langere duur zijn dan vier maanden, dan wel zich regelmatig voordoen. De betreffende weg N276 is in beheer bij de Provincie Limburg. Op grond van artikel 18, eerste lid onder b, van de Wegenverkeerswet 1994 alsook op grond van het mandaat van Gedeputeerde Staten van Limburg van 1 juli 2013 zijn wij bevoegd dit besluit te nemen.
Motivering
De projectlocatie is globaal gelegen op de N276 (provinciale weg Brunssum-St. Joost), plaatselijk bekend als Middenweg, tussen km 11,100 en km 11,900 in de gemeente Sittard-Geleen. Op dit wegvak zal de inhaalstrook op de Windrakerberg tijdelijk worden afgesloten ten behoeve van het verminderen van de snelheid ter plaatse. Hiertoe zullen barriers worden geplaatst over een lengte van ca. 660 meter op het midden van de inhaalstrook, van de vluchtheuvel tot aan de verhoging bij de komremmer. Het is daarom gewenst dat voor het instellen van deze tijdelijke verkeersmaatregel borden of verkeerstekens op het wegdek worden geplaatst ten behoeve van het afsluiten van de inhaalstrook ter plaatse van de N276 op dit weggedeelte. Om het gevaarlijk inhalen van landbouwvoertuigen te voorkomen zal een tijdelijke passeerhaven worden aangelegd direct achter de bushalte ter hoogte van km. 11,700 en km. 11,900. Dientengevolge zal het ter plaatse aanwezige (brom-)fietspad worden gewijzigd om conflicten te voorkomen. In de periode van 1 maart tot 1 september 2015 worden de tijdelijke verkeersmaatregelen op de N276, plaatselijk bekend als Middenweg, tussen km 11,100 en km 11,900, tot aan de kom Windraak, getroffen in verband met het terugdringen van de snelheid op dit weggedeelte.
In deze periode wordt per 1 juli 2015 het nieuwe RVV-bord F11 “Passeerstrook langzaam verkeer” van kracht. Ingevolge dit bord is het verplicht gebruik te maken van een passeerstrook, uitsluitend bestemd voor motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h. Dientengevolge zijn er als bijlage bij dit verkeersbesluit twee tekeningen bijgevoegd; een tekening van de passeerhaven volgens het wettelijk regime voor 1 juli 2015 en een tekening volgens het wettelijk regime na 1 juli 2015. Een en ander zoals weergegeven op de tekeningen ‘N276, Passeerhaven voor 1 juli 2015 ” d.d. 26-01-2015 en de tekening ‘N276, Passeerhaven na 1 juli 2015’ d.d. 26-01-2015.
De provinciale weg 276 (N276) is een provinciale weg in beheer van de provincie Limburg. Het is een belangrijke verbindingsweg tussen de gemeenten Brunssum, Sittard-Geleen en Echt-Susteren, die in de beleidsnota Regionaal Verbindend Wegennet (RVWN) de status van bovenregionaal verbindende weg heeft gekregen. De N276 begint op een gemeentelijke weg in Brunssum en loopt via een verdiepte ligging door de bebouwing van Brunssum. Enkele viaducten kruisen de weg hier en tot aan Doenrade zijn er twee gelijkvloerse kruisingen, zodat het verkeer hier ononderbroken kan doorstromen. Vanaf Doenrade volgt de N276 het traject van de oude provinciale weg Heerlen - Sittard, waar meerdere woningen en bedrijven langs zijn gelegen, waaronder de bebouwing van het gehucht Windraak. In Windraak geldt een snelheidslimiet van 50 km/h, waardoor deze doortocht een flessenhals vormt in deze belangrijke verkeersader. Van de kant Munstergeleen naar Windraak heeft de N276 2+1 rijstroken 80 km/uur voor verkeer richting Brunssum.
Vanaf de afslag naar Sittard-Zuid vormt de N276 de zuidelijke en westelijke randweg van Sittard en heeft hier bijna geen gelijkvloerse kruisingen. Ten noorden van Sittard volgt de N276 vrijwel het gehele oude traject van de rijksweg Roermond – Sittard en sluit bij St. Joost aan op de A2.
Het grootste deel van het zuidelijke traject is in de jaren 1980 aangelegd ter ontlasting van de woonplaatsen die de route aanvankelijk doorkruiste. De N276 liep onder andere dwars door Sittard, Oirsbeek en Amstenrade en werd nagenoeg volledig door bebouwing omgeven. Tegenwoordig loopt de weg óm deze plaatsen heen en kent een aantal ongelijkvloerse kruisingen zodat het verkeer er beter kan doorstromen. In de laatste twintig jaar is er door de provincie veel gewerkt aan de realisatie van dit soort punten, waarmee getracht is de weg aantrekkelijker te maken voor plaatselijk verkeer zodat dit minder gebruik maakt van de overbelaste snelwegen in de regio.
De N276 ( Brunssum-St Joost ) is een provinciale gebiedsontsluitingsweg waar een snelheidsregime van 80 km/uur geldt. Tussen Sittard en het gehucht Windraak gaat de weg over van één rijstrook naar twee rijstroken over een lengte van ongeveer 600 meter (plaatselijk gelegen: Windrakerberg). Dit wegvak is plaatselijk bekend als Middenweg. Aan het eind van deze inhaalstrook moet het verkeer weer invoegen om vervolgens door de komremmer te rijden waarna een snelheidsregime van 50 km/uur geldt. In het Regionaal Verbindend Wegennet (RVWN) staat dit wegvak gecategoriseerd als “bovenregionaal verbindend wegvak“ wat betekent dat de doorstroming hoge prioriteit heeft.
Uit een recente snelheidsmeting, ongeveer 200 meter voor de komremmer, is gebleken dat het verkeer met een te hoge snelheid deze komremmer nadert. Op een gemiddelde werkdag rijden ongeveer 50 auto’s harder dan 95 km/uur aan het einde van de inhaalstrook en dus vlak voor de komremmer. De oorzaak van deze hoge snelheid is waarschijnlijk dat het verkeer op de N276 nagenoeg geen mogelijkheid heeft om in te halen anders dan alleen op dit gedeelte van de weg. Er zijn in het verleden een aantal ernstige- en minder ernstige incidenten op deze plek gebeurd. Eenmaal is een auto uit de bocht gevlogen en het huis op nr. 15 binnen gereden. Nadat de komremmer versterkt is met extra vangrail zijn nog tweemaal auto’s tegen de vangrail gereden.
Gelet hierop is er de noodzaak om in het belang van het verzekeren van de veiligheid op de weg alsmede de veiligheid van direct om- en aanwonenden van de weg in de kern Windraak, de snelheid bovenaan de Windrakerberg terug te dringen. Dit kan geschieden door nog slechts één rijstrook op de Windrakerberg te laten gebruiken. De linkerrijstrook van dit wegvak zal daartoe worden afgesloten.
In relatie tot de bereikbaarheidsfunctie en weginrichting, en gelet op de Duurzaam Veilig-principes, is landbouwverkeer volgens de CROW-richtlijn op gebiedsontsluitingswegen (GOW’s) ongewenst. Dit geldt ook voor dit wegvak, waar doorstroming een hoge prioriteit heeft. Limburg is echter van oudsher een agrarische provincie en daarmee verbonden met landbouwverkeer. Een aanvullende studie, op te starten in 2015, zal definitief uitsluitsel gaan geven over de voor het RVWN te hanteren beleidsregels ten aanzien van landbouwverkeer. De N276 is in het provinciaal beleid echter aangewezen als (boven)regionale verbindende weg op grond waarvan het voor landbouwverkeer uiteindelijk niet meer is toegestaan van deze weg gebruik te maken. Omdat een definitieve oplossing niet eenvoudig realiseerbaar is, zijn faseringsmaatregelen denkbaar. Op dit moment is landbouwverkeer echter toegestaan op het wegvak. Er wordt een onderzoek gestart naar de alternatieve routes die het landbouwverkeer kan nemen. Om het gevaarlijk inhalen van landbouwvoertuigen te voorkomen zal een tijdelijke passeerhaven worden aangelegd direct achter de bushalte ter hoogte van km. 11,700 en km. 11,900. Dientengevolge zal het ter plaatse aanwezige (brom-)fietspad worden gewijzigd om conflicten te voorkomen.
De planning is om deze inhaalstrook voor de duur van zes maanden af te sluiten door middel van barriers. Tijdens de afsluiting wordt er nogmaals een snelheidsmeting uitgevoerd om te kijken of de snelheid hierdoor omlaag wordt gehaald. Als dit inderdaad het geval is en er tijdens deze pilot geen incidenten meer gebeuren, dan is de Provincie Limburg voornemens de inhaalstrook definitief af te sluiten en dit wegvak aan te passen aan de nieuwe situatie.
Belangenafweging
De tijdelijke afsluiting kan hinder met zich meebrengen voor omwonenden en bedrijven in de vorm van het niet meer kunnen inhalen ter plaatse. Deze afsluiting heeft geen effecten op de doorstroomfunctie van de N276 ter plaatse. De verkeerscapaciteit van dit wegvak van de N276 is voor nu en in de toekomst voldoende groot om zelfs nog een (lichte) groei van het verkeer aan te kunnen. Het plaatsen van de tijdelijke maatregel in de vorm van barriers heeft als zodanig geen gevolgen voor de doorstroming op de N276.
Specifiek voor het van de N276 gebruik makend landbouwverkeer wordt een tijdelijke passerhaven aangelegd zodat dit langzaam verkeer op een veilige manier kan worden ingehaald en verdere verkeershinder wordt voorkomen. Hierbij wordt in verband met de inwerkingtreding van o.a. het nieuwe RVV-bord F11 “Verplicht gebruik passeerstrook” per 1 juli 2015, onderscheid gemaakt in de regeling van deze situatie vóór en na 1 juli 2015.
Gelet op het vorenstaande wordt in dit geval het belang van het waarborgen van de verkeersveiligheid ter plaatse en het voorkomen van schade of hinder zwaarder gewogen dan het gebruik van de inhaalstrook voor de weggebruikers van de N276 ter plaatse van de Windrakerberg.
In het voortraject zijn om- en aanwonenden en ondernemers betrokken geweest en geïnformeerd over de tijdelijke verkeersmaatregel. Zo zijn er via de plaatselijke en lokale media berichten verstuurd. Met de nood- en hulpdiensten en OV-diensten zijn de werkzaamheden afgestemd. Met de gemeente Sittard-Geleen is overlegd en aanvullende bebording en signalering mag op het grondgebied van de gemeente geplaatst worden. Deze bebording is overigens niet verkeersbesluitplichtig maar dient louter als voorlichting van de weggebruiker.
Volgens vaste jurisprudentie moeten tijdelijke verkeersmaatregelen worden beschouwd als een normale maatschappelijke ontwikkeling, waarmee iedereen kan worden geconfronteerd. De nadelige gevolgen van dergelijke maatregelen mogen echter niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen. De tijdelijke verkeersmaatregelen van het onderhavige verkeersbesluit leiden niet tot onevenredige hinder of overlast. De bereikbaarheid blijft gegarandeerd en het bestemmingsverkeer (bewoners, bezoekers én bedrijven) en verkeer voor aanliggende straten (bijv. vanaf Munstergeleen) en voorzieningen (bijv. van en naar Watersley) altijd hun bestemming bereiken en doorgang blijven vinden, waardoor de hinder van de werkzaamheden zo veel mogelijk wordt beperkt.
Niet is gebleken dat belanghebbenden onevenredig worden benadeeld dan wel dat door de te nemen maatregelen een onduidelijke verkeerssituatie zou ontstaan. Indien het besluit niettemin schade veroorzaakt die uitgaat boven het maatschappelijk risico dan wel ondernemersrisico, en de benadeelde in vergelijking met anderen onevenredig zwaar wordt getroffen, kan deze benadeelde de Provincie verzoeken deze onevenredige schade te vergoeden. Hierover wordt later in dit besluit nog meer informatie gegeven. De lijnvoering van OV-diensten kan gewoon worden afgewikkeld en ondervindt geen hinder.
Overig
De in dit verkeersbesluit genoemde verkeersmaatregel strekt tot de volgende in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen:
  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;
  • het beschermen van de weggebruikers en passagiers;
  • het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade.
Gelet op artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) is overleg gepleegd met de politie.
Gelet op artikel 25 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) is overleg gepleegd met de gemeente Sittard-Geleen.
Gelet op artikel 26 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) wordt dit besluit bekendgemaakt door publicatie in de Staatscourant en is voor een ieder in te zien op de website van de Staatscourant.
BESLUITEN :
Op grond van vorenstaande overwegingen besluiten Gedeputeerde Staten van Limburg:
  • I.
    In verband met de tijdelijke verkeersmaatregel de inhaalstrook van de N276 (Brunssum-St.Joost) tussen km 11,100 en km 11,900, plaatselijk bekend als Middenweg, af te sluiten.
  • II.
    Door tijdelijke plaatsing in de periode 1 maart t/m 1 september 2015 van barriers voorzien van ondersteunende bebording en markering.
  • III.
    Ten behoeve van motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h, een tijdelijke passeerhaven aan te leggen tussen km 11,700 en km 11,900 aan de N276, voorzien van de volgende aanduiding en bebording: borden model B06, model C08, model D04 van bijlage 1 behorende bij het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV1990) en markering, en het brom-/fietsverkeer als gevolg hiervan daarom heen te leiden door plaatsing van bord model G11 met bijbehorende voorzieningen in de vorm van een afzethek) van bijlage 1 behorende bij het RVV1990.
  • IV.
    Ten behoeve van motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h, het bord model C08 per 1 juli 2015 te vervangen door bord model F11, verplicht gebruik passeerstrook uitsluitend bestemd voor motorvoertuigen die sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h, van bijlage 1 behorende bij het RVV1990 en tevens te voorzien van bord model F12 om het einde van het verbod aan te duiden.
  • V.
    Een en ander zoals weergegeven op de tekeningen ‘N276, Passeerhaven voor 1 juli 2015 ” d.d. 26-01-2015 en de tekening ‘N276, Passeerhaven na 1 juli 2015’ d.d. 26-01-2015.
  • VI.
    Dit verkeersbesluit in werking te laten treden op 1 maart 2015 en te laten gelden tot 1 september 2015 of zoveel korter of langer nodig is voor uitvoering van de pilot.
  • VII.
    Dit verkeersbesluit te publiceren in de Staatscourant.
MEDEDELINGEN
Nadeelcompensatie
Indien het besluit niettemin schade veroorzaakt, die uitgaat boven het maatschappelijk risico, dan wel ondernemersrisico, en de benadeelde in vergelijking met andere onevenredig zwaar wordt getroffen, kan deze benadeelde de provincie verzoeken deze onevenredige schade te vergoeden. De provincie zal op dit verzoek een separaat besluit nemen. Dit verzoek moet worden gericht aan gedeputeerde staten van Limburg, Juridische Zaken en Inkoop team aansprakelijkheid, postbus 5700, 6202 MA Maastricht.
Inwerkingtreding besluit
Dit besluit treedt in werking door publicatie in de Staatcourant (www.officielebekendmakingen.nl)
Rechtsbescherming
Als dit besluit uw belang rechtstreeks raakt en u het met de inhoud van dit besluit niet eens bent, kunt u bezwaar maken. U moet dan binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een bezwaarschrift indienen. Op deze procedure is de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten: de naam en het adres van de indiener; de datum; een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht alsmede de redenen van het bezwaar (motivering). Het bezwaarschrift moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Limburg, Juridische Zaken en Inkoop, team Rechtsbescherming; Postbus 5700; 6202 MA Maastricht. Voor meer informatie verwijzen wij u naar www.limburg.nl en klik vervolgens op ‘e-loket’.
Als u een bezwaarschrift heeft ingediend, dan kunt u tevens een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening indienen bij: de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, locatie Maastricht, sector Bestuursrecht, Postbus 1988, 6201 BZ Maastricht. U kunt ook digitaal een verzoek indienen bij de genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Gedeputeerde Staten van Limburg
namens dezen,
drs. M. Buring
clustermanager Wegbeheer
Afschriften
Een afschrift van dit besluit hebben wij verzonden aan:
  • -
    Provincie Limburg, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht:
    de heer J. Cortenraad
  • -
    Gemeente Sittard-Geleen, t.a.v. de heer A. Goossens, Postbus 18, 6130 AA Sittard
  • -
    Politie Limburg, de heer G. Leenders, Postbus 1230, 6201 BE Maastricht